We creëren in ons leven vaak een manier om maar niet te hoeven voelen.
We zetten allerlei maskers op, overtuigen onszelf dat het allemaal niet zo erg is om zo jezelf te beschermen tegen het gevoel van teleurstelling, eenzaamheid, verdriet.
De meeste maskers oftewel overtuigingen ontstaan in onze jeugd. Misschien is er toen je nog een kind was een keer tegen je gezegd dat je niet deugde, kreeg je het gevoel dat jij ’anders’ was dan je omgeving, voelde je je ergens onwelkom of heb je als kind gevoeld dat er niet wérkelijk geluisterd werd naar jouw behoeftes. Het gevolg is dat je het diep van binnen hebt geregistreerd en er daardoor onbewust een overtuiging is ontstaan. Bv de overtuiging jezelf zo onzichtbaar mogelijk te maken omdat er toch niet naar je geluisterd werd. Je zette als het ware een masker op, zowel naar de buitenwereld als naar jezelf om de teleurstelling toch vooral maar niet te hoeven voelen.
Deze onbewuste overlevingsstrategieën en maskers blijven de meesten gebruiken, ook wanneer ze volwassen zijn.
Zo verdring je je wérkelijke behoeftes en ontstaan er een aantal pijnlijk lege plekken in je ziel.
‘Als klein jongetje wilde ik zo graag dat mijn moeder mij zag. Met een prachtige tekening kwam ik terug van de kleuterklas en ik wilde al haar aandacht voor mijn creatie. Ze liep in volle pas naar de kelder op weg naar de weckpotten. Met haar rug naar me toe zei ze: “Wat heb je dat mooi gedaan!” Ik geloofde haar niet; ze kon me immers niet zien. “Moeders hebben ogen in hun rug”, zei ze geruststellend. Het voelde als onwaar. Ze had me niet gezien. En dat wist ik. Na al die jaren kan ik nog voelen hoe gekwetst ik was.’
(uit het boek ‘de Maskermaker, systemisch werk en karakterstructuren’)
Nu is het jongetje uit het bovenstaand verhaal waarschijnlijk inmiddels volwassen en hij weet nog waar hij als klein kind in gekwetst is. Waar zijn behoefte in werd ontkent. Deze zelfkennis helpt hem te herkennen wanneer zo’n situatie zich weer voordoet en hij kan er zo goed mogelijk voor zorgen dat zijn behoefte in zijn volwassen leven wél wordt vervuld. Maar meestal slaan we zo’n gebeurtenis en het daaruit voortkomende beschermingsmechanisme / masker op in ons onbewuste. Diep weg gestopt… Dan kan het zo maar gebeuren dat je in je volwassen leven uiterst gevoelig wordt wanneer zo’n diep weggestopte behoefte wordt geraakt. Kun je enorm reageren op een schijnbaar kleine gebeurtenis en begrijp je zelf niet eens wat maakt dat je daar zo gevoelig op reageert.
Wanneer je vaak dezelfde keuzes maakt en daardoor andere mogelijkheden wegschrapt (bv ik mag nooit eerst voor mezelf zorgen) ontstaat er als het ware een opeenstapeling van ’tekorten’. Dat blijft wroeten in je onbewuste.
Hoe beter jij jouw ’tekorten’ leert kennen, daar aan werkt en oplost, hoe meer rust je zult ervaren.
Een prachtig boek om hier meer over te lezen is ‘Het projectiemechanisme’ van Karen M. Hamaker-Zondag.